Gele Viervlekwants in de Hazenkamp © Erik van Dijk |
Bij het woord soortenrijkdom denk
je natuurlijk aan de regenwouden van bijvoorbeeld Zuid-Amerika. Logisch. Maar
waar zou je gaan zoeken als je dichterbij de biodiversity hotspots zou willen vinden? Na een half jaar Urban
Biodiversity Nijmegen weet je het antwoord natuurlijk al: gewoon in en om je
eigen stad! In de gemeente Nijmegen zijn inmiddels ruim 1600 soorten
waargenomen en de lente is nog maar net op gang. Het einde is nog lang niet in
zicht! Maar waarom leven juist in en om Nijmegen zoveel verschillende soorten?
Je realiseert je ongetwijfeld dat
veel soorten zelf weinig te kiezen hebben. Als een soort niet naar Nijmegen kan
komen, zal hij er natuurlijk niet leven. Bovendien komen soorten alleen maar
voor in een milieu waarop ze zijn toegerust. Een IJsbeer is met zijn dikke
vacht wel op zijn plaats op de koude Noordpool, maar heeft niets te zoeken in
het Goffertpark. En allerlei tropische orchideeënsoorten kunnen zich alleen
voortplanten waar hun bestuivers leven, maar als er rivieren, woestijnen en
oceanen zitten tussen het land van herkomst en Nijmegen, dan is het vrij lastig
om daar te komen. Voor ontelbaar veel soorten is het dus volkomen logisch dat
je ze niet in Nijmegen vindt. Toch is de biodiversiteit er gigantisch.
Vuurwants in de Hazenkamp © Erik van Dijk |
In een stedelijk gebied zoals dat
van Nijmegen heeft dit drie verschillende oorzaken: Allereerst gaan mensen
steeds meer op vakantie naar de meest verre oorden. Een gevolg is dat allerlei
zaadjes van plantensoorten die hier van oorsprong niet thuishoren, ongemerkt
worden meegenomen tussen kleren en onder schoenzolen en zo in Nijmegen
terechtkomen en kiemen. Ten tweede is de stedelijke omgeving zelf doorgaans erg divers. In het geval van Nijmegen is er de
binnenstad, maar er zijn ook parken en kerkhoven. Nijmegen heeft een groot
wegennet met bijbehorende rijke bermen, stukken bos in Nijmegen-Oost, een
spoorbaan en in het noorden en noordoosten is er zelfs een stuk waar de Waal
vrij spel heeft! Elk gebied heeft zijn eigen kenmerkende omstandigheden en dus
zijn eigen kenmerkende soorten. Verder is in stedelijk gebied de
temperatuur vaak net iets hoger dan daarbuiten. In de winter stookt men,
waardoor het ook buiten de huizen iets minder snel afkoelt en waardoor het er
dus minder vaak vriest. Ideaal voor allerlei planten die net buiten de stad
geen schijn van kans hebben omdat ze er doodvriezen! Tot slot grenst Nijmegen aan allerlei verschillende natuurlijke biotopen zoals de rivier, de polder, de stuwwal, de droge zandbossen.
Dit alles geeft Nijmegen een enorme diversiteit zonder echte natuurgebieden van enige omvang.
Auteur: Jeroen Veeken
Geen opmerkingen:
Een reactie posten