zondag 3 mei 2015

De soortenrijkdom van Nijmegen: Fladderende migranten uit Noord-Afrika


Distelvlinder eind maart in Tunesië, vlak voor vertrek © Erik van Dijk
Veel mensen weten wel dat de zwaluwen die elk jaar over Nijmegen trekken soms helemaal vanuit Zuid-Afrika zijn gekomen, maar dat ook veel vlinders over honderden of zelfs duizenden kilometers trekken, is minder bekend. Toch worden de tuinen in Nijmegen iedere zomer overspoeld met Gamma-uilen, Kolibrievlinders, Atalanta’s en Distelvlinders.  De aantallen hangen sterk af van het weer hier en dat in Zuid-Europa. Elke soort kent hierbij zijn eigen dynamiek.

De Distelvlinder is misschien wel de kampioen. Deze vlinder heeft een levenscyclus van meerdere generaties die begint met een enorme toename van de aantallen dankzij de regens in het vroege voorjaar aan de zuidkant van het Atlasgebergte in Marokko en Algerije. Dan trekken de vlinders naar het noorden. Ze kunnen ver vliegen maar niet in een keer naar Nederland. Dit resulteert in ei-afzet onderweg, waarbij de nieuwe generatie de tocht naar het noorden voortzet. Aan het einde van de zomer gaat de trek weer terug naar het zuiden.
Uiteindelijk leiden natte jaren aan de zuidkant van de Atlas tot grote aantallen in Nederland en ook in Nijmegen is de Distelvlinder dan een algemene soort. In sommige jaren zijn de aantallen zo hoog dat elke vlinderstruik meerdere Distelvlinders heeft. In andere jaren zie je ze nauwelijks.


Auteur: Erik van Dijk

Geen opmerkingen:

Een reactie posten